Het woord meditatie komt van het Latijnse woord meditatio, dat op zijn beurt afgeleid is van het werkwoord “meditari” dat nadenken of overdenken betekent.
Strikt genomen is meditatie een verandering van focus en in die zin een vorm van zelfhypnose of trance. Door deze focus vast te houden kunnen we uitstijgen boven de ‘herrie’ in ons hoofd. Meditatie helpt bij een heroriëntering op jezelf, je medemens en je omgeving. Het helpt je sterker in de wereld te staan en makkelijker om te gaan met de veranderingen die eigen zijn aan het leven zelf.
Het helpt je meer contact te krijgen met je eigen wensen en behoeftes, het helpt je om te relativeren en afstand te nemen, compassie en vergeving te voelen in plaats van weerstand en oordeel. Meditatie helpt in die zin tegen stress en depressiviteit en werkt gezondheid bevorderend omdat het een positieve invloed heeft op je immuunsysteem.
Vanuit het standpunt van de neurowetenschap kan meditatie worden beschouwd als een serie oefeningen waardoor iemand controle krijgt over zijn eigen hersenprocessen. Onderzoek naar de hersenactiviteit (EEG) van ervaren beoefenaren van meditatie laat zien dat tijdens meditatie regelmatig hoogfrequente synchrone golven in het EEG, de zogeheten gamma-golven optreden. Deze hersengolven zorgen voor rust, heling en diepe ontspanning.
Omdat meditatie uitgaat van het principe dat je meer bent dan je ego is het ook een spirituele bezigheid. In tradities zoals het Boeddhisme, het Soefisme en de Yoga filosofie van Patanjali leidt meditatie uiteindelijk tot eenwording met de Bron, geluk (Samadhi) en liefde.
De Soefi’s noemen meditatie zelfs “de alchemie van het geluk”. Net als het transformeren van een onedel metaal in een edelmetaal, in de Soefi-alchemie van kwikzilver naar zilver en daarna naar goud, worden de geest en de emoties getransformeerd. Liefde is bij hen het vuur of de katalysator om dit te bereiken.